Dankzij dynamische lichtbakens reduceren Defensie, ENGIE en Luminus de visuele impact van het windpark van Tinlot
Windenergie is een van de meest beproefde energievormen voor het verwezenlijken van de doelstellingen inzake CO2-uitstootreductie. Om de aanvaarding van deze technologie bij buurtbewoners te vergroten, onderzoeken projectontwikkelaars de verschillende mogelijkheden om de impact op de omgeving te verkleinen. Dankzij een samenwerking met Defensie sinds januari 2022 wordt de nachtverlichting van het windpark van Tinlot enkel aangezet tijdens oefeningen van de Luchtmacht. Daardoor wordt het aantal uren dat de nachtelijke lichtbakens branden met 90% gereduceerd.
Het windpark van Tinlot (in de provincie Luik) is een mooi voorbeeld van een samenwerking tussen verschillende actoren en stakeholders die de uitrol van de energietransitie faciliteert en beter aanvaardbaar maakt voor iedereen. ENGIE en Luminus bundelden hun krachten voor de ontwikkeling, bouw en uitbating van een windpark met 5 turbines en een totaal vermogen van 17,3 MW. Dit windpark produceert jaarlijks voldoende elektriciteit om het verbruik van 11 500 gezinnen te dekken en voorkomt de uitstoot van 13 300 ton CO2 per jaar, wat ongeveer overeenkomt met de jaarlijkse uitstoot van 6650 dieselwagens. Deze samenwerking gaat hand in hand met de wens om de impact van het windpark op de directe omgeving te beperken.
Concreet
Om te garanderen dat de Luchtmacht zijn activiteiten veilig kan uitvoeren, zijn de windturbines uitgerust met lichtbakens die 24u/24u in werking zijn. In het kader van de samenwerking met Defensie namen ENGIE en Luminus een dynamisch lichtbakensysteem in gebruik dat ervoor zorgt dat de rode lichtjes op de windturbines enkel branden wanneer de Luchtmacht dat nodig acht.
Dankzij een overeenkomst ondertekend door Defensie en de windenergiesector is het voortaan mogelijk om windturbines – onder bepaalde voorwaarden en met instemming van Defensie – uit te rusten met dynamische lichtbakens. Dankzij een kastje dat in de windturbine is geplaatst en op afstand door Defensie kan worden bediend, gaat de verlichting alleen aan wanneer dat nodig is. Het oefenschema van de Luchtmacht wordt op regelmatige basis meegedeeld aan de systeemoperator, die bepaalt wanneer de lichten moeten branden. De lichten kunnen ook vanop afstand ontstoken worden als er een ongeplande activiteit plaatsvindt. Dit systeem maakt het mogelijk om de rode knipperlichten 's nachts 90% minder te doen branden. Om voor deze verlichting in aanmerking te komen, mogen de windturbines niet hoger zijn dan 150 meter en mogen ze niet in een type C-zone (d.w.z. zone voor militaire luchtoefeningen op lage hoogte) staan.
ENGIE plant dit type lichtbakens ook te installeren op het Greensky-windpark langs de E40 (16 turbines, 32MW).
Ludivine Dedonder, minister van Defensie:
De klimaatverandering zal de veerkracht van onze samenleving als nooit tevoren op de proef stellen. Defensie wil de uitdagingen van onze interne en externe veiligheid integraal aanpakken en haar veerkracht versterken, onder meer op het gebied van klimaatadaptatie en energieonafhankelijkheid. De dynamische verlichting van het windpark van Tinlot is een initiatief dat een positief effect zal hebben op zowel het milieu als de plaatselijke bevolking. Dit getuigt van mijn voornemen om steeds positieve interacties tussen het departement en de civiele maatschappij en het bedrijfsleven te ontwikkelen, zonder de veiligheid van de defensieactiviteiten in gevaar te brengen. Dit is niet alleen een kwestie van gezond verstand, maar ook een gebaar voor het milieu. Defensie is ook van plan om haar steentje bij te dragen door te streven naar koolstofneutraliteit voor al haar installaties tegen 2040.
College van Burgemeester en Schepenen van Tinlot:
De dynamische lichtbakens van het windpark van ENGIE en Luminus maken al hun beloftes waar en beperken de visuele impact aanzienlijk. Dit project illustreert onze wens om de energietransitie te steunen en tegelijkertijd de gevolgen voor de omwonenden te beperken. Vanaf het begin hebben wij dit bebakeningsproject aangemoedigd en gesteund en hebben wij met onze bewoners gecommuniceerd om de voordelen ervan uit te leggen.
Thierry Saegeman, CEO van ENGIE Belgium:
Om de transitie naar koolstofneutraliteit te maken, moeten alle betrokken partijen samenwerken. ENGIE heeft een lange traditie van samenwerking, bijvoorbeeld met de intercommunales voor de ontwikkeling van Wind4Wallonia, waarmee we investeren in onze Waalse windparken, en met omwonenden via onze coöperatie CoGreen, of zoals in Tinlot, samen met Luminus en met Defensie. Wij zijn bijzonder verheugd over deze samenwerking, die een betere integratie van de windparken in hun omgeving mogelijk maakt en zo bijdraagt tot een snellere ontwikkeling.
Grégoire Dallemagne, Luminus:
De bestaansreden van Luminus is bouwen aan een CO2-neutrale energietoekomst die het behoud van de planeet, welzijn en ontwikkeling combineert via elektriciteit en innovatieve oplossingen en diensten. En dat is nu precies waar het bij innovatie om gaat. Deze technologische vooruitgang, die het mogelijk maakt de verlichting van windturbines vanop afstand uit te schakelen of te activeren, waarborgt de veiligheid van de piloten van de luchtmacht en het welzijn van de omwonenden. Het bevordert daarmee de acceptatie van windturbines en de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen. Dergelijke samenwerkingen – in dit geval met ENGIE en met Defensie – zijn echte troeven voor de energietransitie, die ieders steun nodig heeft om te slagen.
